Museumtijdschrift: Verrassende dialogen in honderdjarige modecollectie

Honderd jaar geleden legde jonkvrouw Carla de Jong de basis voor de modecollectie van het Centraal Museum. ‘Uit de mode’ is een lofzang op deze bijzondere verzameling van historische kostuums en hedendaagse mode.

 




Van de eclectische, op historische kleding geïnspireerde couture van John Galliano tot een zeldzame leren kolder uit de zeventiende eeuw; van een achttiende-eeuwse, met zoete bloemetjes geborduurde en kamerbrede robe à la française tot de fel gekleurde, uitzinnig theatrale creaties van Fong Leng; het wordt allemaal nog tot en met 22 oktober getoond in het Centraal Museum in Utrecht. Veelzijdiger  dan een chronologisch overzicht, wordt in de omvangrijke tentoonstelling Uit de mode: de inloopkast van het museum vooral naar de esthetische en technische verbanden tussen de meest uiteenlopende kledingstukken gekeken.

Een aanlokkelijk maar ook intimiderend beeld, zelfs voor de meest fanatieke fashionista: een inloopkast met 10.000 kledingstukken, schoenen en accessoires. Het is de buit van 100 jaar serieus verzamelen, begonnen toen het Centraal Museum in 1917 jonkvrouw Carla de Jong in dienst nam. Richtte De Jong, 'de best geklede vrouw van Utrecht',  zich indertijd nog vooral op historische kostuums, inmiddels is de aandacht verlegd naar conceptuele en hedendaagse (inter)nationale mode. Een gelukkige combinatie, omdat die nu de mogelijkheid biedt om verbanden te laten zien, dwars door de tijd.






Een zo'n uitstalling demonstreert bijvoorbeeld hoe een klassiek dessin steeds een andere lading kan krijgen. In 1790 moet het een rijk bezit zijn geweest, een zware onderrok met Toile de Jouy-motieven in een bruinrode kleur op een lichte achtergrond. Werd het patroon van pastorale scènes en bloemen voor het eerst populair in de achttiende eeuw, nog begin dit jaar gebruikte rapper Pharrell Williams een frisse rood op witte Toile de Jouy voor een jeanscollectie. Gewoon te koop, van Pharrells hippe spijkerbroek is met enige moeite nog wel een exemplaar te vinden in een webwinkel. De succesvolle Nederlandse ontwerper Ronald van der Kemp gebruikte juist een oude, wat vergeelde baal Toile de Jouy voor een nostalgische wapperjurk. Van der Kemps luxueuze vorm van recyclen, zelf noemt hij zijn werk demi-couture, past natuurlijk mooi bij de geldende tijdsgeest.

Komt de huidige mode-industrie maar langzaam meer onder druk wat duurzame productie aangaat, kleding zelf blijft een vergankelijk artikel. Naden scheuren, knopen vallen af en stof slijt en vergaat. Van een zachtgele zijden hofjapon, zwaar van de kralen en het goudborduursel, is het verval onomkeerbaar; de verteerde stof kan alleen nog liggend worden getoond. Bij andere recente stukken, zoals de prachtige jurk uit de collectie Escapism van Iris van Herpen kun je je alleen maar afvragen hoe de 3d-geprinte kunststof de tand des tijds zal doorstaan. Een project als Golden Joinery van Saskia van Drimmelen en Margreet Sweerts, waar de vergankelijkheid juist omarmd wordt door verstelwerk en reparaties in gouddraad uit te voeren, is in Utrecht niet vertegenwoordigd, maar wel een vluchtig-tere trouwjurk gemaakt door het duo.



De variëteit aan invalshoeken van Uit de mode spreekt duidelijk een breed publiek aan. En om het stereotype maar meteen uit de weg te ruimen: dat publiek blijkt niet enkel uit vrouwen te bestaan. Sommige bezoekers bekijken de snit of het borduurwerk van de kleding met professionele interesse, maar ook dagjesmensen en middelbare scholieren vinden de selectie uit die hele grote inloopkast duidelijk boeiend. 

Utrecht, Centraal Museum, t/m 22 oktober 2017



Oorspronkelijk gepubliceerd op de website van Museumtijdschrift



Reacties

Populaire posts van deze blog

KWAB. Dutch Design in the Age of Rembrandt

De dagelijkse tobberijen: Moerasmaffia

Mediepad I: werkvermijdende activiteiten en verluchte manuscripten